|
Ganz, Edwin, °
Zürich/Zwitserland 1871
† Meise 1948
Schilder en tekenaar van paarden, landschappen en volksfiguren.
Zoon van fotograaf Julian
Ganz. Zijn familie vestigt zich in 1874 in Brussel. Leerling aan de
Academie van Brussel (1886-1896, Jean Portaels). Privélessen bij
Emile Blanc-Garin. Vervolmaakt zich in Parijs bij Emile Detaille
(1899). Op het einde van de negentiende eeuw is hij vooral actief
als militair schilder en schildert in die tijd o.m. de bestorming
van Scherpenheuvel. Van 1901 tot 1903 schildert hij in het
Koninklijk Domein van Laken de rijpaarden van Prinses Clementine en
van Leopold II. Het paard wordt zijn geliefkoosd thema. Vanaf 1902
bewoont hij de Orangerie van het Koninklijk Domein van Boechout
(thans Nationale Plantentuin) waar de onfortuinlijke Keizerin
Charlotte een onderkomen heeft gevonden. Daar ontwikkelt hij zich
tot de schilder bij uitstek van het Brabantse trekpaard en zet hij
ook de Brabantse volkstypes uit zijn dorp met forse hand op papier.
Retrospectieve in het kasteel van Boechout in 1982 op initiatief van
de heemkundige kring Berla. Werk in de verzameling van het
Legermuseum in Brussel.
Bron: Biografisch lexicon plastische Kunst in
België, Greet & Wim Pas, De Gulden Roos vzw, 2000 (ISBN 90-76138-02-8) |
